Philidor 2 voor aanvang van de wedstrijd tegen Het Witte Paard uit Haarlem.

Helaas: Philidor 2 verliest van HWP 2 Haarlem en promoveert niet …

Zaterdag 14 december moest het gebeuren. Het sterkste team van Klasse 4 E kwam op bezoek in Leiden: het tweede team van Het Witte Paard uit Haarlem. Allemaal spelers met een ELO boven de 2000 en een ijzersterke eerste bord speler. Kortom, we wilden in ieder geval niet verliezen: een gelijk spel zou misschien al voelen als een overwinning. Vooraf werd er dan ook in onze WhatsApp “KNSB 24-25 Philidor 2” groep en op maandag avond uitgebreid gediscussieerd over de opstelling: gaan we de boel door elkaar gooien – zodat HWP zich niet of nauwelijks kan voorbereiden – of niet? Uiteindelijk werd besloten om Onno, Bert en Jan-Aart wat te laten afzakken en Arthur, Maxim en ondergetekende wat te laten stijgen. Het deed mij denken aan het volgende in onze schaakfamilie – een schakende vader met drie schakende zonen – legendarische verhaal.

Met het Bisschoppelijk College Weert deden we mee aan het kampioenschap voor middelbare scholen. De wedstrijd tegen de tegenstander uit Sittard werd bij ons thuis gespeeld. Mijn moeder had uiteraard voor frisdrank, koffie, thee en de nodige versnaperingen gezorgd. Wij speelden met drie jongens en twee meisjes; mijn oudste broer Ruud op bord twee; ik op één. De tegenstander kwam binnen onder begeleiding van een aantal leraren. Toen de wedstrijd begon, gingen echter twee kleine jongetjes aan bord één en twee zitten tegenover mijn broer en ik. Een tactische opstelling! Alle borden waren binnen de kortste keren beslist, behalve bord drie. Helaas moest onze derde bordspeler uiteindelijk toch het onderspit delven tegen de sterkste speler uit Sittard. Met 3 – 2 verloren dus. Daarna ontspon zich een ongemakkelijk gesprek tussen mijn broer, mijn ouders en ik aan de ene kant en de leraren van de school uit Sittard aan de andere. Tot grensoverschrijdend gedrag heeft het niet geleid maar het liefst had ik …

Terug naar zaterdag. Hieronder mijn verslag maar kijk ook even op de web site van de tegenstander waar ik de onderstaande foto (de interesse voor het welkomstwoord spat vn de foto af …) vandaan heb geplukt en waar je meer kunt lezen over een aantal partijen: https://www.hwphaarlem.nl/bericht/k2-klopt-opnieuw-de-koploper/.

Philidor 2 voor aanvang van de wedstrijd tegen Het Witte Paard uit Haarlem.

Ik dacht “kom, moet me toch maar een beetje voorbereiden”, zodat ik uitzocht wie bij HWP Haarlem 2 meestal op bord drie speelde. Geïnspireerd door Gukesh uit de achtste matchpartij tegen Ding wilde ik met zwart tegen het Engels op 1. c4 e5 2. Pc3 Lb4 3. Pd5 Le7 spelen (zie mijn favoriet Daniel King over deze partij https://www.youtube.com/watch?v=n_sguHFvbZU&t=1234s). Maar ja, een andere tegenstander; geen 1. c4 en alles kon dus – zoals zo vaak – de prullenbak in. Ik kwam er echter ook achter dat bij HWP Haarlem 2 Jan Boekelman speelt. Was dat niet dé Jan Boekelman waartegen ik in de eerste ronde van het Nederlands Kampioenschap voor de Jeugd onder de 20 jaar in Rotterdam in 1978 één van mijn leukste partijen ooit heb gespeeld (zie: https://players.chessbase.com/ecogamesreplayer/Van%20de%20Plassche_Erik_84?isWhite=True) met als leuke details dat ik ’s ochtends nog mijn laatste VWO eindexamen had gedaan en dat de partij in de schaakrubriek van Constant Orbaan in Vrij Nederland is gepubliceerd? En bij wie ik logeerde toen ik deelnam aan het IBM Schaaktoernooi in Amsterdam? Het zou kunnen kloppen na navraag na afloop aan de overgebleven ‘witte paarden’; ze zouden hem in ieder geval de groeten doen al heeft hij zich na zijn eerste partij dit seizoen terug getrokken uit de schaakwereld. Hij heeft ook schaakboeken geschreven waarbij volgens alweer de overgebleven ‘witte paarden’, het boek over de Averbakh variant tegen het Konings-Indisch uitstekend schijnt te zijn.

En weer terug naar zaterdag. Helaas hebben we het – ruim – niet gered. Het begon best goed: Tjeerd ging aan bord zeven heel snel ten onder – waarna hij even als versteend achter het bord bleef zitten; de zwarte stukken weer in de begin stand zette en daarna zijn jas aantrok en huiswaarts (of ‘alcoholwaarts’ …) trok – maar Onno wist aan bord 6 de stand gelijk te trekken: hij overspeelde zijn tegenstander vanuit de opening, al heb ik niet gezien hoe hij de winst forceerde. Op de overgebleven borden kon nog van alles gebeuren: Jonathan had aan bord 8 een prettige stelling met wit na een Franse doorschuifvariant,  Jan-Aart leek me aan bord 5 een remise-achtig eindspel te hebben, Bert aan bord 4 stond erg goed dacht ik na een geweigerd Benkogambiet, Maxim had aan bord 2 een goede loper tegen een hele slechte, Arthur leek me aan bord 1 niet minder te staan en ik dacht zelf de winst in de opening ergens gemist te hebben maar stond – toch? – nog steeds beter.

En toen ging het mis. Door mijn eigen partij heb ik er niet veel van meegekregen maar opeens zag ik vanuit mijn ooghoeken dat Jonathan en Arthur hadden verloren en Bert zag ik naast me ten onder gaan: hij sloeg een zwarte pion op f5 waarna hij na .. e4 een toren tegen loper en paard overhield. Bert gaf een kwaliteit zodat een eindspel met toren tegen toren en loper op het bord kwam. Dat leek houdbaar voor wit totdat Bert de torens ruilde en zwart .. La6 speelde. De dreiging .. Lxc4 was daarna onafwendbaar, waarna de zwart pion op b4 zou promoveren omdat de koning van Bert ver weg op de koningsvleugel stond.
En dus moesten Jan-Aart, Maxim en ik winnen … Dat kon helaas niet: Jan-Aart stond volkomen remise in een eindspel met lopers van ongelijke kleur, ik vocht inmiddels voor mijn leven na slecht spel in tijdnood en Maxim stond nog maar een klein beetje beter. Maxim gaf daarna remise, Jan-Aart sloot ook snel vrede waarna ik overbleef. Mijn tegenstander weigerde mijn remise aanbod en na wederzijds geknoei en geklungel – “toreneindspelen zijn altijd remise” – werd het punt nadat ik voor de tweede keer nog maar minder dan 1 minuut had, gedeeld. Kortom, een ruime nederlaag met 5½ tegen 2½. Waar niets op af te dingen leek.
Hoewel … Bert had dus remise kunnen houden, ik kunnen winnen en Maxim misschien ook. Maar ja, dan moet je het brein van een Fritz hebben en dat hebben we nu eenmaal niet. Dus na het aanschouwen van een korte woordenwisseling van een aantal Philidorianen over waar Asian Palace nu precies ligt, toog ik toch best tevreden over mijn eigen spel en wat teleurgesteld over ons verlies naar huis.

Hieronder nog de partijen van Maxim en mij – het had zo mooi kunnen zijn!
Maxim Teianu – Max Merbis,


Maxim Teianu – Max Merbis
1. d4 Nf6 2. c4 e6 3. Nf3 d5 4. Nc3 a6 [Dit is wel wat passief in plaats van 4. .. c5 of 4. .. Be7] 5. c5 b6 6. cxb6 cxb6 7. Bf4 Bd6 [En hierna lijkt het me dat wit positioneel vrijwel gewonnen staat met zo’n loper op c8.] 8. Bxd6 Qxd6 9. e3 Nbd7 10. Bd3 Bb7 11. O-O O-O 12. Bc2 [12. Rc1 lijkt me sterker.] b5 13. Ne2 Rac8 14. Nf4 Ne4 15. Rc1 Rc7 16. Bb1 Rxc1 17. Qxc1 Nb6 18. Ne5 f6 19. Nf3 Rc8 20. Qd1 Nc4 21. Qe2 Nb6 22. Nd2 Nd7 23. Nb3 f5 24. Nd3 Rc7 25. Rc1 Rxc1+ 26. Ndxc1 Nb6 27. f3 Nf6 28. Nc5 Bc8 29. N1d3 Nfd7 30. Nxd7 Nxd7 31. Qc2 Bb7 32. f4 g6 33. Qc3 Kf8 34. Qd2 Qb6 35. Qb4+ Kf7 36. Qd2 Qd6 37. Bc2 Qc7 38. Bd1 Kg7 39. h3 Qd6 40. Qc3 Kg8 41. Kh2 Kf8 42. Nc5 Qc6 43. b4 Nb6 44. Qe1 Bc8 [Beide spelers hadden het af en toe vast beter kunnen doen en misschien had wit moeten proberen de dames te ruilen maar vanaf hier leek het me dat Maxim gewonnen moet staan omdat zijn dame de zwarte stelling binnen dringt.] 45. Qh4 Kg7 46. Qe7+ Kg8 47. Qd8+ Kg7 48. g4 Nc4 49. gxf5 exf5 50. Qe7+ Kg8 51. Bf3 Nb6 52. Bg2 [Ik denk dat Maxim niet zag hoe hij zijn stelling nog kon versterken. Mij lijkt 52. Kg3 met het idee om á la Short – Timman naar h6 te lopen winnend. En als zwart 52. .. h6 speelt breekt wit met h4 en h5 de koningsvleugel open.] Bd7 53. Nd3 Qe6 54. Qd8+ Kg7 55. Ne5 Be8 56. Bf3 Bf7 57. Kg3 Bg8 58. Qc7+ [Nog steeds staat wit een stuk beter maar zoals in het verslag van HWP Haarlem staat liep Maxim langs de andere borden en besloot toen remise te maken. Opstoten met de h-pion lijkt me nog steeds erg sterk.] Kh8 59. Qd8 Kg7 60. Qc7+ Kh8 61. Qd8 Kg7 62. Qc7+ remise

Rob Mulder – Erik van de Plassche,


Rob Mulder – Erik van de Plassche
1. d4 Nf6 2. c4 c5 3. d5 e6 4. Nc3 exd5 5. cxd5 d6 6. e4 g6 7. h3 Bg7 8. Nf3 O-O 9. Bd3 a6 10. a4 Nbd7 11. O-O Nh5 12. Re1 [beter is 12. Bg5] Ne5 13. Bf1 Dit is wel een heel vreemde zet. Theorie is nog 13. Be2 Nxf3+ 14. Bxf3 Qh4! 15. Bxh5 gxh5 met goed spel voor zwart] Nxf3+ 14. Qxf3 f5 15. Bd3 [En hierna staat wit verloren.] fxe4 16. Qxe4 Bd4 17. Nd1 [Want na 17. Be3 Bf5 heeft de dame geen velden meer.] Bf5 18. Qe2 Bxd3 [Helaas. Ik zag 18. .. Re8 19. Qxe8+ Qxe8 20. Rxe8+ Rxe8 21. Bxf5 Re1+ 22. Kh2 gxf5 wel maar onderschatte mijn voordeel in dit – voor zwart gewonnen – eindspel.] 19. Qxd3 Qh4 20. Be3 Rae8 21. Qd2 Ng7 [En hierna staat het weer gelijk. Veel sterker is 21. .. Nf4.] 22. Nc3 Nf5 23. Bxd4 cxd4 [Slaan met de dame of het paard kan natuurlijk ook maar ik wilde voor complicaties zorgen.] 24. Ne2 Re4 25. Rad1 Rfe8 26. Nc1 Qe7 [En hierna staat wit al beter. Het beste is 26. .. Rxe1+ 27. Rxe1 Rxe1+ 28. Qxe1 Qe7 volgens de computer. Ik dacht de pion op d5 te winnen maar mijn pion op d4 gaat ook verloren.] 27. Nd3 Qf7 28.Nf4 Ng7 29. Ne6 Rxe1+ 30. Rxe1 Nxe6 31. dxe6 Rxe6 32. Rd1 [Ik hoopte op het dame eindspel na 32. Rxe6 Qxe6 33. Qxd4 d5 maar wat wit speelt is veel beter.] Qf6 [Ik was al in fikse tijdnood maar begrijp nog steeds niet waarom ik niet 32. .. Re4 33. f3 Rf4 speelde waarna wit 34. Qa5 moet spelen.] 33. Qb4 Re7 34.Rxd4 Rd7 35. Rf4 Qe6 36. h4 Re7 37. g3 Qe1+ 38. Qxe1 Rxe1+ 39. Kg2 Re5 40. Rd4 d5 [De beruchte veertigste zet! Na 40. .. b5 staat het nog gelijk. Nu komt zwart heel passief te staan.] 41. Rb4 Re7 42. f4 Kf7 43. Kf3 Ke8 [Ik wil met mijn koning naar de damevleugel.] 44. Rd4 Rd7 45. Ke3 a5 46. Rd3 Ke7 47. Kd4 Kd6 [Wit heeft fraai gemanoeuvreerd en zijn koning staat nu het ideale veld. Ik begon weer in tijdnood te geraken. Afwachten leek me niet goed – de computer denkt van wel – omdat wit dan op b6 binnen kan vallen. Dus de ‘vlucht’ naar voren!] 48. Rb3 Rc7 49. Rb6+ Rc6 50. Rxb7 Rc4+ 51. Kd3 Rxa4 52. Rxh7 Rb4 53. Rh6 Rb3+ 54. Kd4 Rb4+ 55. Kc3 d4+ 56. Kd3 Kd5 57. Rxg6 Rb3+ 58. Kc2 [Wit staat hier beter tot gewonnen maar maakt het zichzelf in het vervolg erg tot te lastig. Hij had met zijn vrijpionnen moeten gaan lopen.] Rf3 59. Rg5+ Kc4 60. Rxa5 d3+ 61. Kd2 Rf2+ 62. Ke1 Rxb2 63. Ra3 Kd4 64. Ra1 [En dit is een blunder waarna ik zowaar gewonnen sta. Echter ik had nog maar een minuut of twee.] Ke3 65. Kf1 Kf3 [Hier wint 65. .. Rf2+ 66. Kg1 (na 66. Ke1 Rh2 kan wit opgeven) d2 67. Ra3+ Ke2 68. Ra2 Kf3 69. Ra3+ Kg4 70. Kxf2 d1Q waarna wit geen vesting heeft zoals je op de web site van HWP Haarlem kan lezen. Ongelooflijk!] 66. Rd1 [en hier maakt 66. f5 remise] Kxg3 [Ik dacht dat er iets in moest zitten maar zag het niet en besloot toen maar tot deze weg naar remise. Naderhand keken we nog even met Bert en Frank naar een aantal varianten maar vonden geen weg naar winst. De weg is net zo moeilijk als hiervoor op de 65ste zet: 66. .. d2 waarna 67. Rc2 en 68. .. Rc1+ dreigt en dus gaat zwart alle witte pionnen geleidelijk aan ‘opeten’ na 67. Kg1 Kxg3 of wint na een zet als 67. Ra1 Ra2 68. Rb1 Ra3 69. Rd1 Rc3 en de d-pion kan niet geslagen worden wegens mat] 67. 67. Rxd3+ remise

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *