Beren op de weg

      Geen reacties op Beren op de weg

Twee vrienden maken een trektocht door de wildernis. Plotseling komen ze een beer tegen. Eén van de twee ontdoet zich vlug van zijn bepakking. “Wil je soms wegrennen?” vraagt de één, “Je kunt niet harder rennen dan een beer.” “Dat hoeft ook niet,” zegt de ander, “als ik maar harder ren dan jij!“

Dat is hoe het Philidor 3 afgelopen seizoen verging. Met de laagste gemiddelde rating in poule 4F was degradatie de beer die we voor moesten blijven. Schaken tegen de beer is vaak een leuke nevenactiviteit op toernooien. Vluggeren tegen een bekende schaker, die het met minder bedenktijd moet doen. Ooit bedacht door Rob Hartoch, een beer van een vent. Vandaar de naam.

Twee beren: Een nog jonge Thomas Beerdsen en Rob Hartoch.

Schaken tegen degradatie daarentegen is toch wat minder leuk. Verschillende rondes gingen met 3½–4½ verloren, een zure manier om te verliezen. Ook tegen de twee andere teams die nog onder ons stonden en die we natuurlijk voor wilden blijven, konden we het niet bolwerken. Tweemaal wisten we wel de matchpunten binnen te slepen. Twee teams bleken gelukkig voor ons niet in vorm en konden wij hen achter ons houden. In de poule van 9 teams degradeert nummer 9 direct, maar ook een aantal slechtste nummers 8. Het leek erop dat we ons met 4 matchpunten en veel bordpunten door onze nipte nederlagen wel zouden handhaven. Maar je moet de huid niet verkopen voor de beer geschoten is.

Stand na ronde 8

Bij het ingaan van de laatste ronde stonden we dus op plek zeven. De twee teams onder ons hadden allebei twee punten en moesten nota bene tegen elkaar in een rechtstreeks duel om degradatie. Alleen bij een monsterscore van één van hen en een totale ineenstorting aan onze zijde konden we van de zevende plek worden gestoten. Het leek dus een vrij zorgeloze laatste ronde te worden in Oegstgeest. Toch waren er enkele beren op de weg. Ons eerste bord veel ziek uit, dus ging teamleider Jan van Amsterdam daar zelf zitten. Oegstgeest heeft een paar sterke spelers aan de eerste borden, waaronder twee IM’s. Het werd dus sowieso een uitdaging hier matchpunten te halen. Tot overmaat van ramp was Ton Kohlbeck juist voor de wedstrijd ongelukkig gevallen en niet in staat om de spelen. Een vervanger bleek zo snel niet te vinden. Dat betekende al een 1–0 achterstand.

Nikolic aan bord 1 werd getrakteerd op een leep gambiet, maar de reputatie van Jan is ook in onze buurgemeente bekend. Nikolic weigerde het pionoffer en het ELO-verschil gaf later de doorslag. Dat gold ook voor de andere hoge borden. Aan bord 2 verloor Pim Braggaar van good old Joop Piket. Jan van der Knaap kon het op bord 3 in een toreneindspel niet bolwerken tegen Fred Slingerland. Samen met een remise van Herman van Halderen aan bord 4 kwam Oegstgeest op 4½ punt op de hoogste borden en waren de matchpunten vergeven.

Gelukkig konden we wel wat terugdoen op de onderste borden, waar de ELO-verschillen minder groot waren. Jasper Valstar won snel aan bord 8. Zijn tegenstander voelde zich niet fit en dat komt het schaken niet ten goede. Bert de Bruin kreeg al binnen tien minuten een remiseaanbod. Dat sloeg hij wijselijk af, want hij won uiteindelijk. Ikzelf was als laatste bezig in dame-eindspel. Dat kan langdradig worden. Ik kreeg toen de anderen al lang klaar waren dan ook de stille hint dat ik wel remise mocht nemen. Met een actievere koning en een verder opgerukte vrijpion wilde ik het wel uitspelen. Op een gegeven moment merkte ik dat mijn teamgenoten daar niet op wilden wachten. We waren natuurlijk op eigen gelegenheid naar Oegstgeest gekomen en het mooie weer buiten was ook erg aanlokkelijk. Toen ik uiteindelijk won, waren ze bijna allemaal vertrokken. In ieder geval geeft de uitslag 4½ – 3½ aan dat we op volle sterkte nog wel kansen zouden hebben gehad.

Ondertussen bleken de twee teams in degradatiegevaar elkaar geen dienst te hebben bewezen en 4–4 te hebben gespeeld. Daarmee bleven we ongedeeld op de veilige zevende plek. We zijn onze concurrenten net genoeg voor gebleven om niet verorberd te worden.

Eindstand in poule 4F

Het verhaal van de beer gaat nog verder. De ene vriend rende hard weg het bos in. De achterblijver ging stil op de grond in de hoop dat de beer hem voor dood aanzag. De beer naderde hem, snuffelde opvallend aan zijn oor en vertrok weer. Opgelucht haalde hij adem, toen zijn vriend uit het bos tevoorschijn kwam. Hij vroeg: “Wat deed die beer met jouw oor?” De ander antwoordde: “Hij fluisterde mij in dat ik geen trektocht moet maken met iemand die bij het minste of geringste al wegrent.”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *