Na de vorige ronde stonden we opeens bovenaan. Met een minimale marge weliswaar, maar alles was weer in eigen hand. Wel met nog een paar pittige wedstrijden voor de boeg. Zaterdag 7 maart spoedden een drietal auto’s vanuit Zuid-Holland naar Zeeuws-Vlaanderen om in Sas van Gent het tweede team van Het Witte Paard te bestrijden. Iedereen was ruim op tijd in de speelhal, waar in totaal drie wedstrijden werden gespeeld. Onze geblesseerde goalgetter Maarten werd vervangen door ondergetekende.
Bij de start van de wedstrijd stond de wedstrijdleider (net iets te) uitgebreid stil bij een virus wat in Zuidelijke Nederlanden schijnt rond te waren. Dit zorgde voor wat wonderlijke situaties. Zo waren er tegenstanders die voorafgaand aan de partij liever geen hand gaven, maar dat blijkbaar na afloop weer vergeten waren. Gezien de leeftijd van ons team waren alleen Nico en ondergetekende ‘at risk’.
Aan bord vier kon Arres al weer vrij snel de stukken in de doos doen. De voorzitter van de Sassenaren greep mis rond de twaalfde zet en leverde een stuk in. 0-1. Dan heb je net een autorit van twee uur achter de rug en ben je in een uurtje klaar…
Niet veel later besloot Nico tot remise. De stelling was dat misschien ook wel, maar een surplus van 400 elo-punten komt juist naar boven bij het betere laveerwerk. Jammer, want inmiddels zag het er op de andere borden niet heel goed uit.
De Zeeuwen trokken de stand recht op bord 2, waar Guido veel tijd had geïnvesteerd om de juiste voortzetting te vinden. De tegenstander speelde vrijwel a tempo en kwam uiteindelijk toch nog verrassend snel tot beslissend voordeel. 1½ – 1½.
Daarna mocht ondergetekende een puntje bijschrijven. Dat was niet zonder fortuin. Na zet vijf was ik out-of-book en kwamen de witten vrij snel in het voordeel. De damevleugel kwam maar niet tot ontwikkeling en dat leek mijn tegenstander het moment om af te wikkelen. Zelf vond ik die ontstane stelling redelijk onduidelijk en zag voldoende plannen om mijn stukken naar actieve velden te krijgen. Onder druk van de klok gaf wit eerst een stuk weg en kon ik daarna op jacht naar een toren die achter mijn linies was verdwaald. 1½ – 2½.
De voorsprong werd verder uitgebouwd door Frank. Hij voerde tegen een jeugdige opponent de druk steeds wat verder op. In tijdnood speelde zwart nog goed tegen, maar uiteindelijk was het verlies onvermijdelijk. 1½ – 3½.
Niet heel lang daarna ging Thijs ten onder. De opening was behoorlijk misgegaan, maar met de bekende vindingrijkheid werd het initiatief gepakt en actief tegenspel gezocht. Helaas voor ons greep Thijs in tijdnood mis, in inmiddels kansrijke stelling. 2½ – 3½.
Als laatste waren Stef (op bord 1) en Leonore (bord 8 bezig). Bij Stef kwam een bekende opening op het bord. Een die wij ook een keer met Frank hebben bekeken. Maar de jeugdige zwartspeler kwam redelijk makkelijk gelijk en ging daarna op zoek naar meer. Uiteindelijk verloor onze man een pion en toen een tweede verloren zou gaan was het bekeken. 3½ – 3½.
Leonore had de hele partij met de rug tegen de muur gestaan. Sommige tegenstanders rekenen dan al op een puntje, maar onderschatten de veerkracht die vaak in zo’n stelling zit. Ongetwijfeld had wit het ergens beter kunnen doen, maar na het neutraliseren van diverse dreigingen was het de beurt aan Leonore om te counteren en kon rond de klok van zes uur een bordpunt en twee matchpunten worden bijgeschreven.
Bij een lokale Chinees (het lukte mij niet het team mee te krijgen naar Philippine om mosselen te gaan eten, het blijven barbaren die jeugd) bleek dat we een matchpuntje los waren gekomen. De opdracht voor de komende wedstrijden blijft echter exact hetzelfde; winnen!
Hoera, dame en heren, gefeliciteerd,
een veerkrachtig team waar elkaars tegenslagen opgevangen worden en als het moet ook het on-Nederlandse catenaccio toegepast wordt. Wat dat andere Italiaanse corona goedje betreft dacht ik dat de risicogrens boven de leeftijd van 100 lag, maar nu begrijp ik dat het al bij 45 begint? Op naar de eerste klasse/