Zaterdag speelde Philidor 1 tegen Messemaker 1 in Gouda. Voluit heet de club Messemaker 1847. Dat jaartal is later toegevoegd om te benadrukken dat het een van de oudste, volgens eigen zeggen de oudste, club van Nederland is. Dat moet natuurlijk een roemrijke historie uitstralen. Philidor was in ieder geval niet geïmponeerd. Frank Erwich had aan bord 1 vooruitgespeeld en reeds gewonnen, al was dat vorige week zaterdag op Leidse grond gebeurd. Met zeven overige schakers trokken we dus op tegen Gouda. Teamleider Michiel Vergeer kon zelf niet aanwezig zijn, maar had tot op de speeldag aanwijzingen en aansporingen gestuurd om alles in goede banen te leiden. Het team had een invaller nodig en om het tweede team niet teveel te verzwakken werd uw verslaggever gevraagd als invaller.
Guido Bakker was voor deze gelegenheid teamleider en was als eerste klaar, zodat hij volledig op zijn nieuwe taak kon richten. Het kan natuurlijk ook gelegen hebben aan de snelle dameruil en resterende de stelling met een gelijke pionverdeling op beide vleugels met maar één open lijn. Niet snel daarna was Thijs Roorda klaar. Tegen een IM is remise een heel mooi resultaat.
Michiel had de tegenstanders uitgebreid geanalyseerd en ik bleek de beste match voor bord acht. Ik kreeg allerlei informatie over mijn vermoedelijke tegenstander en had mij grondig daarop voorbereid. Ten slotte was dit de kans mijn talenten in het eerste te tonen. Maar helaas had Messemaker ook een invaller ingezet en kon de voorbereiding weer de deur uit. Ik kreeg in de partij aardig spel in ruil voor een geofferde pion. Maar ik kon de balans niet laten doorslaan en de klok slokte bijna alle tijd op. De jaren beginnen te tellen. Ik constateerde de borden overziend dat ik de nestor van team was. Voor zover ik weet is dat voor het eerst en waarschijnlijk niet voor het laatst. In wederzijdse tijdnood accepteerde ik daarom het remisevoorstel in een onduidelijke stelling. Voor Philidor leek op dat moment een gunstige uitslag mogelijk. Robin Wooter won namelijk een stuk, tegen ettelijke pionnen weliswaar en Wessel Braggaar kwam vanuit een dichtgeschoven tot een gunstige opening van de stelling. De tegenaanval van zwart leek op de andere vleugel ook indrukwekkend, maar die haperde en toen was het snel uit.
De tussenstand was daarmee 1½ –3½, maar er was ook minder goed nieuws op komst. Maarten van Harten moest vroeg in de partij toezien hoe één van zijn stukken werd ingesloten. Hij probeerde nog lang het tij te keren, maar verlies was niet meer vermijden. Arres Oudshoorn kon het met een dame het niet bolwerken tegen een toren en twee lichte stukken en dat maakte de stand gelijk. Inmiddels waren bij Robin de laatste pionnen geruild en bleef een eindspel toren en paar tegen toren over. Vanwege het vroege aanvangstijdstip van 12:00 uur was iedereen al om half vier klaar toen Robin nog probeerde winnen. De andere schaakborden werden al opgeruimd en tafels en stoelen om hem heen werden al in de bridge-opstelling gezet, maar hij speelde onverschrokken voor de winst en kwam daar heel ver in. Wit gaf hem één kans om toe te slaan, maar helaas miste hij dat moment. Het is ook wel erg lastig als je tientallen zetten aan het rondspelen bent in de hoop op een foutje.
De eindstand was daarmee 4 – 4. Met een gemiddelde ELO-verschil van 3 punten was dit ook de meest waarschijnlijke uitslag.