Door Frank Zeven
Het was even wennen die nieuwe naam en die nieuwe opzet van de competitie van de Leidsche Schaakbond. Speel je ineens “hoofdklasse”. Dat was vroeger de naam van wat nu de Meesterklasse van de KNSB is! Als teamleider is het maar wat leuk om spelers als Stef, Bert, Jan Aart en Herman op te stellen, die bij mij op mijn netvlies staan als hele sterke KNSB-spelers! Dit viertal aangevuld met Robin, Willem Jan, mijzelf en Bernard gaf een mooie mengeling. Heel fijn om te zien dat om 19.50 alle spelers van Philidor er gewoon zijn en dat de wedstrijd begint met drie lege plekken van Leithen. Hun eerste bord, vijfde en zesde bord kwamen binnen 5 tot 15 minuten binnendruppelen. Philidor gáát ervoor!
De eerste beslissing viel bij Robin, die het eigenlijk te druk had met zijn studie, maar toch op kwam dagen in ruil voor de maandagavond. Top, Robin! Met zwart tegen Marco Anink: altijd lastig. Er kwam een scherpe opening op het bord met een actief wit pionnencentrum, zware stukken en een loper, maar Robin speelde heel scherp en kreeg een olifant op f4 (= ijzersterk paard) die de hele witte stelling verlamde. Robin ging gewoon mat geven, toen hij met de dame via g5 naar g2 (gedekt door die olifant) kon komen en de witte stelling volledig deed instorten.
Daarna kwam een goede remise van Bernard Schelhaas aan bord 8. Bernard met zwart moest goed uitkijken voor de zware stukken op alle open lijnen en diagonalen die de lichte stukken steunden die allemaal in het centrum geposteerd waren. Na afruil bleef een remise eindspel over.
Ikzelf liet mij foppen in een gelijkwaardige stelling, die ik liet glippen naar een verloren stelling. Duivels was de remisewending die ik had moeten grijpen, toen er zowaar tekenen van een gedeeld punt op kwamen doemen. Ik had een eindspel van koning en 5 pionnen tegen een koning en vier pionnen + paard zó weten uit te dunnen, dat ik een pion had kunnen offeren om zo zwarts laatste pion te veroveren. Resterend was dan een eindspel van koning tegen koning en paard, wat remise zou zijn geweest. Nu kwam er een 0. Het bleek de enige van de avond te zijn.
Want Willem kreeg een toreneindspel tegen Turk met een pionnetje meer. Een dubbelpion, maar genoeg waard om zwart uit te tikken. Heel behendig dekte wits toren alle basispionnen en dreigde tegelijkertijd beslissend met schaak in de zwarte stelling binnen te vallen. Tussenstand 2,5 tegen 1,5.
Stef had een ontzettend lastige partij tegen Beuman, die, naar ik later hoorde, zéttenlang in zijn voorbereiding had gezeten. Een hele lastige open Spanjaard met een stukkenruil op f2 van loper en paard tegen toren en pion. Stef moest zeer koelbloedig verdedigen en deed dat goed. Remise.
Herman was een pionnetje voor gekomen en kon eerst consoliderend en vervolgens met mooi actief spel met zwart uit een Stonewall losbreken en wit de das om doen. Heel sterk gespeeld. Eén matchpunt was al binnen, terwijl Bert met zwart een mooie partij had opgezet en een hééél klein voordeeltje wist uit te bouwen tot een mijns inziens gewonnen stelling. Bij de analyse bleek dat ook het geval, maar het was erg moeilijk te zien. Nu stevende de partij af op een plusremise.
Kraker van de avond was de partij tussen Jan Aart en Eric van ’t Hof. Een Schotse partij met veel geïsoleerde pionnen (Jan Aart een dubbelpion op de a-lijn en Eric een dubbelpion op de h-lijn). Daarnaast lopers van tegengestelde kleur. Maar de loper van onze witspeler was actiever en creëerde meer mogelijkheden. Een witte pion blokkeerde de zwarte loper in diens verdediging om vervolgens naar promotie te lopen: niet meer tegen te houden. Een mooie 1.
Resultaat een 5,5 tegen 2,5 overwinning. Er volgen nog vele sterke teams: twee van LSG, twee van Voorschoten, AAS, Oegstgeest: bijna allen met 2000+ gemiddelde speelsterkte. Het is zwaar in de Leidsche Schaakbond, maar wel heel leuk: veel nieuwe gezichten. Interessant dus!
Ook voor de – partijdige – toeschouwer een heel boeiende krachtmeting! De nieuwe hoofdklasse wordt vast en zeker een succes,