Op 11 april waren er drie nieuwe deelnemers aan de interne. Fabian speelde tegen Wim, die een fout in de opening aan het licht bracht. Ondanks interessant tegenspel bracht Wim het punt naar huis. Elo speelde tegen Arno, die won. Jeroen debuteerde met winst op Jan Jonk. In de keizergroep was het geen goede avond voor de tieners maar wel voor de twintigers . Tjeerd en Timon wisten beiden hun partij fraai te winnen. Jan Bertus won van Michiel en is nu de nieuwe koploper. Philidor E speelde extern tegen Leithen. Hier wist Enes als enige te winnen en maakte Nicolo remise. Bernard en Jacques speelden vooruit tegen spelers van Aalsmeer.
In de kampioensgroep gaat Thijs met een trotse 5 uit 5 bovenaan. De partij Guido – Thijs werd in Rotterdam gespeeld . Dit werd een spektakel dat hopelijk nog op deze website valt na te genieten. Met nog een paar partijen te gaan lijkt Thijs de beste papieren te hebben, maar ook Guido en Jan Aart zijn nog in de race voor het kampioenschap. Guido en Jan van der Knaap speelden een partij die lang gelijk op leek te gaan, maar aan het eind van de avond werd het evenwicht verbroken en wist Guido fraai af te ronden. Vooral zijn Lxg6 was oogstrelend. Zelf speelde ik tegen Jan van Amsterdam een partij met vele suboptimale zetten. Zie partijfragment.
De tussenstand is te zien in de kruistabel.
Kopgroep interne 2021-2022
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
1.Willem | x | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
2.Thijs | 1 | x | 1 | 1 | 1 | 1 | ||
3.Bert | 1 | 0 | x | 1 | 1 | 1 | ||
4.Guido | 1 | 0 | x | 1 | 1 | |||
5.JanAart | 0 | x | 1 | 0.5 | 1 | |||
6.Tjeerd | 0 | 0 | x | 0 | ||||
7.JanK | 0 | 0 | 0 | 0.5 | x | |||
8.JanA | 1 | 0 | 0 | 0 | 1 | x |
Opmerkelijk feit is dat er totaal 28 partijen gespeeld worden. Dit is een perfect getal; dat wil zeggen dat 28 gelijk is aan de som van zijn delers, waarbij 1 wel , maar 28 niet meetelt: 28=1+2+4+7+14. De eerste vier perfecte getallen 6, 28, 496 en 8128 waren al in de Griekse Oudheid bekend. Euclides bewees in zijn “Elementen”: “Als we willekeurig veel getallen, te beginnen met 1 en telkens verdubbelend, optellen totdat de som een priemgetal wordt, levert vermenigvuldiging van de som met het laatste getal een perfect getal op.” In het geval van 28 bijvoorbeeld: 1+2+4=7 is een priemgetal, dus 7×4=28 is perfect.
Bovenstaande en veel meer is te vinden in “Het woordenboek van eigenaardige en merkwaardige getallen” van David Wells.
Als we een volledige meerkamp perfect noemen als het aantal partijen perfect is (niet de partijen zelf), is het altijd mogelijk hier een knock-out-toernooi van te maken. Vraag aan de nieuwsgierige lezers: hoeveel spelers spelen mee in een toernooi met 496 partijen? En met 8128?
Ook in de echte wereld is 28 een belangrijk getal. Zo duurt bijvoorbeeld een maancyclus ongeveer 28 dagen, waar ons woord maand vandaan komt. De Gregoriaanse kalender, die wij nog steeds hanteren, heeft een cyclus van ongeveer 28 jaar.
Wellicht voeren verhalen over Mayakalenders te ver af van het schaakbord. Daarom tot slot de vraag: “Hoeveel kortste paden zijn er van een paard op a1 naar f2 op een onbegrensd schaakbord?”